• Topbar

    • Sinds 1998
    • Massagetherapie en Lichaamswerk
    • 1000+ cursisten
    • Amsterdam en Bilthoven
    • SNRO geaccrediteerd

  • Jan b Eyskens, Taal is vaak te laat.

    Boeiend gesprek!

    In deze podcast interview ik Jan b Eyskens (1952) Doctor in de Medische Wetenschappen (Universiteit Antwerpen), Bewegingsconsulent en Filosofisch Practicus.
    In het gesprek komt van alles voorbij: o.a. honingdassen, het Russisch staatscircus, biotensegrity, de 6 emoties volgens Darwin en actiënten in plaats van patiënten. Kortom taal is vaak te laat.
    Een boeiend gesprek wat ik zelf nog twee keer terug moest luisteren om alles goed te begrijpen.

    Wie is Jan b Eyskens?

    Jan b Eyskens (1952) Doctor in de Medische Wetenschappen (Universiteit Antwerpen), Bewegingsconsulent en Filosofisch Practicus. Coacht mensen die verandering zoeken en zin willen geven aan hun werk. Op eigen kracht en het leren stellen van de juiste vraag zijn de kernwoorden.

    Twintig jaar geleden heeft Jan het zogeheten ‘veldenmodel’ voor kinesitherapeuten / fysiotherapeuten vorm gegeven. Bij de revalidatie wordt zowel gekeken naar de primaire pijnplek (weefselbeschadiging?) als naar de beschermende, maar evenzeer pijnlijke en extra aangespannen spieren eromheen. Gelijktijdig is er veel aandacht voor de manier waarop patiënten hun hele lichaam gebruiken.

    De patiënt leert in de Bewegingspraktijk hoe hij zélf overbelasting van delen van het lichaam en ‘stress’ kan tegengaan door veiliger en energiezuiniger te bewegen. Hierbij zijn een goed dag- en nachtritme doch ook orde in je omgeving zeer belangrijk. Deze aspecten worden dan ook met de patiënt besproken.

    “In mijn Bewegingspraktijk ‘worden mensen weer hun lichaam” in plaats van “dat ze een lichaam hebben”, stelt Jan. “Er zijn twee parallel lopende zenuwstructuren die informatie doorgeven aan de hersenen. Het ene eindigt in de ‘bewuste‘ hersenen en is gekoppeld aan de oogfuncties, aan precisie, aan controle en aan je best doen. In dit systeem hebben we een lichaam en zijn we ons daarvan bewust. Helaas en meestal wordt dit ervaren via vermoeidheid en pijn. Het andere systeem – Jan noemt het de ‘soft animal’ – eindigt in het limbische systeem, het emotionele brein. Als de ‘soft animal’ in onszelf zijn ding doet in een veilige context, dan zorgt het ervoor dat we ons ‘goed voelen’. Onbewust zijn we in contact met onszelf, ons lichaam en de omgeving”. Jan geeft zijn patiënten een kans om hun fysieke mogelijkheden terug te winnen. Het ‘troosten’ met kortstondige pijnverlichting zoals een massage is niet snel aan de orde, aangezien er voldoende kans is op ‘echt’ herstel.

    Om patiënten te ondersteunen op hun weg naar herstel, gebruikt Jan het programma DoorvoeldBewegen©. Via acht ‘basis études’ leert de patiënt om meer vanuit het eigen lichaam te reageren en zich dus minder te laten sturen door prikkels van buitenaf. Op deze manier komt er een einde aan – wat Jan noemt – ‘de burgeroorlog’ tussen wat de patiënt zelf wil en wat de buitenwereld of oude overtuigingen van hem willen.

    Eén van Jan’s kenmerkende uitspraken is: “Taal komt vaak te laat!”. Jan licht toe: “Mochten vogels nadenken over hoe ze vliegen, dan zouden ze vallen. Een beweging is immers al begonnen voordat we dat beseffen. Men zal dus beelden moeten gebruiken om de bewegingen vooraf gunstig te beïnvloeden. Als men het disfunctioneren van het lichaam niet corrigeert, dan neemt het toe zoals gas steeds de gehele ruimte vult.”

    Naast zijn expertise op het terrein van rehabilitatie bij spasmofilie, chronische vermoeidheid en fibromyalgie is Jan geïntrigeerd door de ‘ja-maar patiënt’. “De meeste patiënten zijn het snel met mij eens over hun klacht en de aanpak ervan. Als ik ze dan bij het tweede bezoek vraag wat ze daadwerkelijk hebben gedaan, dan komt vaak een ‘Ja, ik wil wel, máár dit en dat’ verhaal. Als filosofisch practicus heb ik geleerd om door te vragen. Wat zit er echt dwars? Ik vind het ook belangrijk om steeds te bevragen waarom iets is zoals het is. Het is een beetje dwars denken, anderen prikkelen om verder te komen. Dat past ook bij wie ik ben.”, aldus Jan. Hij voegt er nog aan toe: “En ja, dat je lichaamsvorm de chemie in je lichaam beïnvloedt, dat is ondertussen al bewezen.”

    jan b eyskens
    × Hoe kan ik je helpen?