Toetsing
De opleiding Bodymind Coach is een geaccrediteerde opleiding met een programma van leren, ontwikkelen en toetsen. Dit programma bestaat uit diverse onderdelen. Hieronder lees je welke dat zijn.
1. Persoonlijke ontwikkeling
a. Per lesdag schrijf je een persoonlijk verslag (Journal) over jouw leer-ervaringen. Je kunt gebruik maken van een format die we verstrekken of jouw eigen stijl volgen.Houd rekening met 2 uur schrijftijd na elke lesdag. Het journal lever je in twee delen in bij de hoofddocent: eerste proefversie (na lesdag 3) en compleet aan het eind van de opleiding (lesdag 22).
b. Leertherapie: tijdens de opleiding boek je 3 sessies bij een lichaamsgerichte therapeut of -coach. Daar ga je aan de slag met jouw persoonlijke ontwikkelingsvragen. Je schrijft van dit leertraject een verslag en jouw coach of therapeut ondertekent een verklaring dat je aanwezig was en actief hebt gewerkt.
2. Theorie
a. Je kunt de literatuur van de literatuurlijst zelfstandig lezen. Houd er rekening mee dat je tijdens elke module het boek leest dat op de lijst staat.
b. In de elektronische leeromgeving (ELO) staan per module nog aanvullende teksten, filmpjes en artikelen. Deze kun je thuis bestuderen. Zorg dat je dit afrondt voor de start van de volgende module.
c. Je sluit elke module af met een verwerkingsopdracht en een multiple choice test. De verwerkingsopdracht staat in de ELO en kun je daar ook inleveren. De multiple choice-test staat ook in de ELO aan het einde van elke module en wordt automatisch nagekeken.
3. Praktijk (hier begin je mee na lesdag 9)
a. Als de opleiding halverwege is kun je beginnen met 15 sessies te werken met proefclienten als body-mind-coach in opleiding. Houd er rekening mee dat er tenminste twee trajecten van 3 sessies met dezelfde cliënt bij moeten zitten. Van alle sessies schrijf je een kort verslag. Voor dit verslag is er een format beschikbaar. Je mag voor de proefsessies geen geld vragen aan cliënten (wel een vergoeding voor evt. gehuurde ruimte).
b. Als de opleiding halverwege is moet je een korte stage doen van 8 uur bij een uitvoerder van lichaamswerk of complementaire zorg. Je mag de 8 uren zelf verdelen in meerdere stukken/sessies of ook als geheel uitvoeren. De stage heeft als doel het werkveld te verkennen en te observeren hoe lichaamswerk in de praktijk eruit kan zien of kan worden toegevoegd. Je schrijft een stageverslag. De stage-opdracht wordt verstrekt door de hoofddocent.
c. Tijdens de opleiding vorm je samen met 4 a 5 andere studenten een studie-intervisiegroep. Met deze groep kom je 8 keer samen buiten de lesdagen om bij iemand thuis. De duur is minimaal 2 uur per bijeenkomst. Je brengt twee keer een casus in bij deze intervisie (over de sessies met jouw proefclienten) en je schrijft (alleen) van die twee sessies een leerverslag.
d. Met één student uit jouw groep doe je een “klantreis” : je geeft elkaar 2 coachsessies die je zo professioneel mogelijk uitvoert. Beiden schrijven hierover een verslag. De hoofddocent verstrekt de beschrijving van deze opdracht.
4. Afrondend examen
a. Aan het begin en aan het einde van de opleiding vul je een therapeutische ontwikkelingskaart in. Zo krijg je zicht op jouw talenten, aandachtspunten en mogelijkheden als professioneel begeleider.
b. Tijdens de examendag (na de laatste lesdag) werk je met een proefcliënt gedurende 30 minuten aan een lichaamsgericht onderwerp. Hierbij zijn twee examinatoren aanwezig
c. Tijdens de examendag houdt een korte presentatie van 10 minuten voor jouw lesgroep over jouw persoonlijke groei tijdens de opleiding (samenvatting van jouw Journal).
