• Topbar

    • Sinds 1998
    • Massagetherapie & Lichaamswerk
    • 1000+ cursisten
    • Amsterdam, Bilthoven & Eindhoven
    • CPION & SKB geaccrediteerd

  • Neuro affectieve persoonlijkheidsontwikkeling

    Neuro affectieve persoonlijkheidsontwikkeling (NAPD) is een benadering in de psychologie die zich richt op de integratie van neurowetenschappen, affectieve (emotionele) processen en persoonlijkheidsontwikkeling. Deze benadering combineert inzichten uit verschillende disciplines, waaronder neurowetenschappen, psychologie en psychotherapie, om een holistisch begrip te bieden van hoe de hersenen zich ontwikkelen in relatie tot emotionele en persoonlijkheidskenmerken.

    In de context van Neuro affectieve persoonlijkheidsontwikkeling wordt aandacht besteed aan de interactie tussen de hersenen, emoties en persoonlijkheid op verschillende ontwikkelingsniveaus. Dit kan onder meer betrekking hebben op de vroege kindertijd, adolescentie en volwassenheid.

    Het doel van NAPD is vaak het bevorderen van gezonde emotionele regulatie, het begrijpen van de impact van vroege ervaringen op de ontwikkeling van de persoonlijkheid, en het bieden van interventies en benaderingen die gericht zijn op het ondersteunen van een evenwichtige ontwikkeling op zowel emotioneel als cognitief niveau.

    Professionals die werken met Neuro affectieve persoonlijkheids ontwikkeling kunnen verschillende technieken en methoden gebruiken om individuen te helpen hun emotionele welzijn te verbeteren, de veerkracht te vergroten en gezonde relaties te ontwikkelen. Deze benadering kan worden toegepast in therapie, coaching en educatieve contexten.

    Marianne Bentzen

    Ik bied professionele trainingen en supervisies aan in Neuro affectieve Persoonlijkheidsontwikkeling, of kortweg NAPD. Daarnaast verzorg ik trainingen in meditatie en spiritualiteit. Al mijn trainingen worden op maat gemaakt voor de behoeften van de organisatie of groep waarmee ik werk, en bevatten altijd zowel theorie als praktische oefeningen gebaseerd op de theorie.

    Om de beste benadering in psychotherapie te kiezen, hebben we een goede theoretische kaart nodig. Mijn kaart is gebaseerd op de natuurlijke ontwikkeling van de hersenen en persoonlijkheid. Elk ontwikkelingsniveau vereist een ander soort ondersteuning en verschillende uitdagingen. Moeten we ons richten op stressregulatie en sensaties op het autonome niveau, gevoelens en relaties op het limbische niveau, of nieuwe mentale inzichten op het prefrontale niveau?
    Mijn website.

    Neuro affectieve meditatie; boektip

    Op basis van 25 jaar onderzoek naar hersenontwikkeling en tientallen jaren meditatiebeoefening laat psychotherapeut Marianne Bentzen zien hoe we neuroaffectieve meditatie – een meditatievorm waarin meditatie, neurowetenschap en psychologie samenkomen – kunnen inzetten voor persoonlijke groei en bewuste volwassenwording. Aan de hand van een gedetailleerde beschrijving van de fases van emotionele rijping, laat ze zien welke ontwikkelingsprocessen de hersenen doormaken tijdens onze kindertijd, tienertijd en volwassenheid.

    De zestien geleide meditaties voor neuroaffectieve hersenontwikkeling die in dit boek worden aangeboden (ook online te beluisteren) werken diep in op de onbewuste lagen van de hersenen. Ze helpen ons om opnieuw verbinding te maken met onszelf en de mensen om ons heen. Elke meditatie verkent een ander thema, zoals compassie, positieve en negatieve ervaringen, ademhalen om ‘in je lichaam te zijn’ en energie in evenwicht brengen.

    Dit boek verklaart de wetenschap achter neuroaffectieve meditatie en biedt een stapsgewijze benadering voor spirituele groei, emotionele rijping en hersenontwikkeling.

    Bestel het boek hier.

    Fascie of fascia?

    Het lichaam is een ongelofelijk complex systeem waarin alles met elkaar is verbonden en alles invloed op elkaar heeft. Fascia of fascie is één van de weefselnetwerken van het lichaam. Als massagetherapeut is het zaak om wel op één gebied te kunnen inzoomen maar om nooit de plek in het geheel van het systeem uit het oog te verliezen. Je werkt natuurlijk op verschillende vlakken: fysiek, mentaal, emotioneel, spiritueel en op verschillende weefsels (spieren, fascie, etc.) die ook weer met elkaar verbonden zijn.
    De stand van de voet beïnvloedt je nek, je darmen beïnvloeden de spierspanning in je lage rug en je gemoedstoestand heeft invloed op je houding. Alles zit even ingenieus in elkaar. En als er iets gebeurt wat een klacht oplevert is het soms een hele zoektocht of lijdensweg om ‘van de klacht af te komen’. Daarbij ligt een grote kracht van het helingsproces in de mate waarin jij je met de cliënt verbindt.

    Fascie en hoe sta je in het leven?

    Als je ter wereld komt ben je de eerste maanden nog niet in staat jezelf voort te bewegen maar zodra het kan, begin je te kruipen. Als je kunt lopen kom je in aanraking met je grootste vriend en/of vijand: de zwaartekracht. En alles wat je vanaf nu doet (slapen wellicht uitgesloten) doe je ten opzichte van de zwaartekracht. De zwaartekracht is een constante, gelijke kracht die altijd dezelfde kant op trekt: naar beneden. Bij het staan en bewegen is je lichaam continue op zoek naar balans ten opzichte hiervan. We ervaren de minste weerstand als we de gewrichten van de enkels, knieën, heupen, schouders en de oren op één lijn boven elkaar hebben.

    Fascie
    Close up van fascie

    Toch is bijna geen lichaam zo in balans en zijn we op een andere manier gestapeld. Als je voet iets naar buiten staat heeft dat een direct effect op je kuitspieren, je bovenbenen, je rug oftewel je hele houding. Staan je knieën op slot dan beïnvloedt dat het hele lichaam maar ook andersom; als een nekwervel naar voren gekanteld is, verandert de hele ‘lijn’.

    Fascie en andere netwerken in het lichaam

    In het lichaam kun je diverse netwerken vinden. Bij Bodyworlds kun je deze verschillende netwerken goed zijn als de overige weefsels zijn weggesneden.

    Het neurale netwerk

    Netwerken van zenuwcellen in de hersenen bestaan uit lokale gebieden met clusters van zenuwcellen (grijze stof), en de korte of langere bundels van zenuwvezels die deze gebieden onderling verbinden en die samen witte stof worden genoemd.

    Vasculaire netwerk

    Je bloedvaten, slagaders en aders zijn een volgend netwerk in je lichaam die ervoor zorgen dat tot in de verste uithoeken bloed (met alle inhoud) wordt aan- en afgevoerd.

    Het netwerk van spieren

    De spieren zijn het meest bekende netwerk in je lichaam. Van je kruin tot je tenen zitten er spieren in je lichaam. Ze hebben allemaal een eigen naam, origo, insertie en functie en zitten met pezen (ligamenten) vast aan de botten.

    Veel spieren kunnen onafhankelijk bewegen (flexie of extensie) maar doen dit meestal samen met andere spieren. Zo pak je een tennisbal van de grond met al je spieren in je arm, hand, rug en benen.

    “Het menselijk lichaam is zodanig vormgegeven dat spanning niet op één plek wordt opgevangen, maar wordt verspreid. De invloed van de zwaartekracht en de langzamere compensaties voor verwondingen en bepaalde bewegingsgewoontes zijn het bvest te begrijpen in het licht van een geometrisch principe dat ‘tensegrity’ wordt genoemd.”

    buckminster fuller

    Fascie not facial

    Thomas Myers (Anatomy Trains) heeft een anatomische indeling gemaakt in spiergroepen die elkaar beïnvloeden en direct of indirect met elkaar en middels de myofascia met elkaar verbonden zijn. Een voorbeeld is de Superficial backline; een keten van spieren van de plantaire fascia tot de frontalis. Als ergens in deze keten een contractie of dysfunctie optreedt, kan dit elders in de keten voelbaar zijn of een klacht of dysfunctie opleveren. Jaap van der Wal betoogt overigens dat de spieren helemaal niet zulke duidelijke origos en inserties hebben met pezen (ligamenten) maar dat de overgang tussen ligament, fascia en spieren veel vloeiender en dynamischer verloopt. Hij heeft het dynamenten genoemd (hierover later meer).

    Het fasciale netwerk

    Het fasciasysteem bestaat uit diverse lagen van fascia en is een matrix wat het lichaam bijeenhoudt. Het zit onder je huid, tussen en om de organen en rond je spieren (myofascia). Die laatste herken je van het vliesje om een kipfilet heen. Fascie bestaat uit elastine en collageen. Het is visco-elastisch wat betekent dat het heel hard kan zijn en heel meegaand. Probeer het maar eens uit met een maïzenapapje. Als je heel snel en hard tegen de oppervlakte drukt spant het aan en kom je er niet door. Ga je met rustige, trage bewegingen dan wordt het vloeibaar en kom je tot de bodem. Werken met fascia vereist dus langzame, afwachtende bewegingen. Fascia zit over je hele lichaam als een laag, een jas. Dat betekent dat als het linksonder vastzit, het aan de rest van het veld trekt. Je kunt deze trekkracht dus (subtiel) over het hele veld voelen.

    Tensegrity model

    Buckminster Fuller (1895-1983) was een architect en uitvinder die een organische vorm ontdekte die hij veelvuldig toepaste in zijn werk als architect. Het model is geen opstapeling van stenen maar een organisch samenspel van spanning en vorm.

    “Het menselijk lichaam is zodanig vormgegeven dat spanning niet op één plek wordt opgevangen, maar wordt verspreid. De invloed van de zwaartekracht en de langzamere compensaties voor verwondingen en bepaalde bewegingsgewoontes zijn het bvest te begrijpen in het licht van een geometrisch principe dat ‘tensegrity’ wordt genoemd.” Een eenvoudig voorbeeld van een tensegritymodel is een tentje. In het midden staat een tentstok (erector spinea) die door het tentzeil en de lijnen (bindweefsel) in balans blijft. Als je de scheerlijn aan de ene kant te strak trekt, vervormt dat de hele structuur. Dat betekent dat het hele systeem elkaar beïnvloedt en dat het hele systeem bestaat uit verschillende netwerken (zeil, stokken, lijnen).

    Fascie anno nu

    Toen Esoterra in 2010 de mannen van Anatomy Trains naar Nederland haalde, kraaide er nog geen haan naar. Inmiddels houdt het hele lichaamswerkspectrum zich bezig met fascia: yoga, pilates, massagetherapeuten etc. Maar ook voor de reguliere zorg komt fascie als een ‘nieuwe ontdekking’. Een ontdekking waar nog een hoop nieuwe ontdekkingen uit voort zullen komen.

    Fascia Tips:

    • Luister naar de Esoterra Podcast met Menno Dam of andere podcasts over fascia (Robert Schleip, Jan b Eyskens, Jaap van der Wal, Emmett)
    • Bekijk deze Online Inspiratiesessie met Mathilde Vlotman en leer (alles) over de wereld van Fascia.

    Stefan van Rossum

    *coach, docent, mediator, counsellor, facilitator, etc

    Deze podcast geen gast maar een ‘collage’ van antwoorden op mijn vraag: “Wat maakt een goed therapeut?” En wat geldt voor een therapeut geldt ook voor allerlei andere vakken waar men als beroepsbeoefenaar of zorgprofessional met mensen werkt.
    Zoals de trouwe luisteraar weet sluit ik elke podcast af met de vraag “Wat wil jij nog benoemen?” en “Wat maakt een goed therapeut?”.

    Het antwoord op de laatste vraag hebben we gebundeld in een gratis E-book!

    Gratis E-book

    Het is natuurlijk fantastisch om toptherapeuten met jarenlange ervaring in hun werkveld het antwoord op deze vraag te horen geven. In deze eerste editie staan de antwoorden van o.a.

    • Bessel van der Kolk (psychiater, auteur)
    • Aaffien de Vries (focusing)
    • Hannah Cuppen (auteur o.a. Liefdesbang)
    • Bram Bakker (auteur, psychiater)
    • Manu Keirse (rouwexpert)
    • Betty Martin (auteur ‘Wheel of Consent’)
    • Marjan Slob (Denker des Vaderlands)

    wat maakt een goed therapeut

    Wat houdt therapeutschap in?

    De vraag wat maakt een goed therapeut is natuurlijk een objectieve vraag. Met Jos Olgers mijmerden we eens samen over wat eigenlijk de vakoverstijgende eigenschappen of kwaliteiten van een therapeut dienen te zijn. Dus los van bijvoorbeeld acupunctuur- of psychologische kennis, hoe dient een therapeut te handelen en zich te gedragen? Uiteindelijk kwam hier het boek ‘Profiel van de therapeut‘ uit. Een boek waarin alle aspecten van therapeutschap naar voren komen; overdracht/ tegenoverdracht, grenzen van het domein, zelf evaluerend vermogen. Een aanrader!

    Uit alle antwoorden die gegeven zijn is wel een gezamenlijke deler te vinden. Dat is ‘werken aan jezelf’. De meeste gasten gaven aan dat je echt met jezelf aan de slag moet geweest zijn en moet blijven. Of zoals Franz Ruppert zei: “Je poetst toch ook elke dag je tanden?” De noodzaak om met jezelf aan de slag te gaan, ligt in het dat als je dicht met mensen werkt je snel in de overdracht of tegenoverdracht kunt gaan. Ook is het zonder zelftransparantie makkelijk om in oordelen en aannames te komen.

    Over de host

    Stefan van Rossum is als podcastfan deze podcast begonnen tijdens Covid. “Iedereen zat thuis, dus een mooi moment om mensen te vragen voor een interview. Vrijwel iedereen zei ja. En Bessel vond het zo’n fijn gesprek dat ik later moderator mocht zijn voor zijn online workshops. Iets waar ik zeer dankbaar voor was. Dankzij hem opende andere deuren en kreeg ik een prachtige lijst met gasten. Wat me verbaast is dat vrijwel iedereen ingaat op mijn verzoek. Op een gegeven moment ging ik eens kijken hoe ver ik kon gaan. Ik heb de Dalai Lama gemaild maar die heeft (nog niet) gereageerd.

    Esoterra podcast

    Met de podcast zullen we deze vraag aan vooraanstaande therapeuten, filosofen, wetenschappers en denkers blijven stellen. Mocht je nog een tip of wens hebben voor een leuke gast, laat het ons weten.


    De ego-tunnel

    Marjan Slob ken ik van een uitgebreide recensie van een boek van Thomas Metzinger genaamd ‘the Ego tunnel’. In het boek verkent Metzinger het concept van het zelf en de aard van het bewustzijn. Hij introduceert het idee van de “ego-tunnel,” waarbij hij stelt dat ons gevoel van een vast en onveranderlijk zelf een illusie is. Volgens Metzinger is het zelf eerder een door de hersenen gegenereerde representatie, en hij onderzoekt de neurologische en filosofische aspecten van zelfbewustzijn. Het boek daagt lezers uit om na te denken over de aard van hun eigen identiteit en zelfbewustzijn in het licht van recente ontwikkelingen in neurowetenschap en filosofie.

    Marjan Slob

    Marjan Slob is een Nederlandse filosoof, schrijver en journalist. Ze staat bekend om haar bijdragen aan het filosofische denken en haar vermogen om complexe ideeën toegankelijk te maken voor een breed publiek. Ze heeft zowel academisch als journalistiek werk verricht en heeft diverse publicaties op haar naam staan.

    Slob heeft zich onder andere verdiept in thema’s zoals identiteit, ethiek, politiek en maatschappij. Haar werk combineert vaak filosofische inzichten met een kritische blik op actuele maatschappelijke kwesties.

    Naast haar werk als filosoof heeft Marjan Slob ook ervaring als journalist. Ze heeft geschreven voor verschillende media en heeft een talent voor het communiceren van filosofische ideeën naar een breder publiek.

    Denker des Vaderlands

    “Denker des Vaderlands” is een eretitel die wordt toegekend aan een vooraanstaande filosoof in Nederland. De Denker des Vaderlands is iemand die wordt beschouwd als een toonaangevende intellectueel en die wordt uitgenodigd om zijn of haar gedachten en inzichten te delen met het bredere publiek. De Denker des Vaderlands heeft als taak om een bijdrage te leveren aan het maatschappelijk debat en reflectie te bieden op actuele vraagstukken.

    Deze eretitel is geen formele positie met specifieke taken of bevoegdheden, maar eerder een symbolische rol die aanzien geniet in de Nederlandse intellectuele en culturele context. De Denker des Vaderlands wordt vaak gevraagd om lezingen te geven, artikelen te schrijven en deel te nemen aan discussies over relevante maatschappelijke kwesties.

    De benoeming van de Denker des Vaderlands is meestal tijdelijk, en verschillende filosofen hebben deze eretitel door de jaren heen gedragen. Het doel is om filosofie toegankelijk te maken voor een breder publiek en om een brug te slaan tussen de academische filosofie en de samenleving.

    Haar site: https://www.marjanslob.nl/

    Cranio sacraaltherapie

    Jaren geleden heb ik een introcursus Cranio Sacraaltherapie gevolgd. Ik vond het bijzonder om zo subtiel met lijven te werken. In die jaren is er een hoop veranderd bij het Upledger Instituut en praatte ik bij met twee docenten van het team. Ook bij deze opleiding is fascia of fascie het uitgangspunt van de behandeling geworden. In deze podcast over horen we wat cranio sacraaltherapie inhoudt, wat ‘unwinding’ is en hoe een cranio sacraaltherapie sessie er uit ziet.

    Wat is het Cranio sacraal systeem?

    Het craniosacraal systeem is een deelsysteem van je lichaam wat bestaat uit de bottige structuren van je hoofd (cranium) en je heiligbeen (sacrum) en het membraansysteem wat deze structuren verbindt: de hersen- en ruggenmergvliezen. In dit membraan systeem bevindt zich het centrale zenuwstelsel met hersenvocht. De vliezen maken deel uit van het bindweefsel. Dit vormt een uitgebreid netwerk door je hele lijf dat andere structuren – zoals organen, spieren, botten, zenuwen – verbindt, scheidt, ondersteunt, ophangt en vasthecht.

    Bindweefsel is ver-bindend weefsel en wordt ook wel fascie genoemd. Het geeft jouw lichaam vorm, steun, bescherming en maakt beweging mogelijk of juist onmogelijk als er letsel of teveel spanning is. Het verbindt jou met je lichaam. Tegenwoordig weten we dat er maar weinig structuren in ons lichaam zijn die niet behoren tot het bindweefsel. Bindweefsel vormt zich naar hoe jij leeft, wat je meemaakt en hoe jij je uitdrukt. Het draagt herinneringen met zich mee aan eerdere pijn, fysiek en/of emotioneel. Wanneer we dingen meemaken en die niet kunnen verwerken, verstrakt ons bindweefsel. Dit laat littekens achter, de sporen van de pijnlijke gebeurtenis.

    Wie is Catharina van Deelen?

    Mijn loopbaan begon ik in 1987 als fysiotherapeut. Jarenlang werkte ik als fysiotherapeut in verpleeghuis en ziekenhuis. Het werken met mensen nodigde uit tot meer. Na mijn opleiding acupunctuur kwam ik in 1989 in contact met de Cranio. Ik was meteen geraakt door het enthousiasme van twee grondleggers van het UIN, Ton en Paul. Hun eerste cursussen volgde ik in Nederland. Het was fantastisch om mijn Advanced uiteindelijk in 1995 in Florida bij John Upledger te kunnen doen. Daar heb ik ook 2 weken mee mogen werken in het Brain and Spinal Cord Centre. Vanaf dat moment heb ik besloten mijn hart te volgen en heb ik een eigen praktijk voor craniosacraal therapie. Altijd op zoek naar nog meer antwoorden op mijn vragen, rondde ik een vijfjarige opleiding bij Gert Groot Landeweer af in de integratieve psychotherapie in 2004. In 2014 rondde ik de opleiding tot ervaringsgericht supervisor af met een eindscriptie over ‘Projectieve identificatie’.

    Het werken met mensen vind ik heerlijk. In de loop van de jaren ben ik steeds meer van behandelen naar begeleiden gegaan. Ik ben ervan overtuigd dat ieder mens zijn eigen kracht heeft. Als mensen daar niet (meer) goed bij kunnen, help ik ze graag om die (weer) te vinden. Zelf heb ik mijn eigen kracht ook in de verbinding met anderen gevonden. Heerlijk vind ik het om die rijkdom over te mogen dragen. Ik geniet als mensen hun eigen antwoorden vinden of dat nou binnen de CST, de supervisie of in het lesgeven is. Als mensen vanuit hun eigen levenskracht en passie tot bloei kunnen komen, wordt de wereld daar weer een stukje mooier van. Mijn passie voor boeken en kennis, mijn nieuwsgierigheid en het altijd ‘precies het naadje van de kous’ willen weten, zet ik in voor het instituut in het ontwikkelen van onderwijs en het verder onderbouwen van de CST. Mijn eigen ontwikkelingsproces waarin ik de stap heb gezet van doen en presteren naar zijn en voelen heeft me ertoe gebracht mijn roepnaam Karin los te laten en mijn oorspronkelijke geboortenaam te gaan dragen: Catharina. Het brengt me rust en verdieping. Het is een belangrijke stap in mijn leven die ik met hulp van de cranio heb kunnen zetten. Ik voel me nu welkom en gedragen. Ik verheug me er op ook jou te ontmoeten op je levens- en ontwikkelingsweg en daarin een klein stukje met je mee te kunnen lopen.

    Wie is Maarten Slutter?

    Craniosacraal therapie is mijn grote passie. Al tijdens mijn studie liep ik tegen de beperkingen van het vak fysiotherapie aan. Vragen als; hoe kan het dat lichamelijke klachten na een aantal weken steeds weer terug komen? Hoe kan het dat iemand met een te verwerken verlies, lichamelijke klachten ontwikkeld? En waarom krijgt de ene persoon dat wel en de andere niet? Pas tijdens het volgen van de opleiding craniosacraal therapie kreeg ik antwoorden op mijn vragen. Daarnaast ben ik ontzettend dankbaar dat de opleiding mij, letterlijk, een stem heeft gegeven. Ik heb me ontwikkeld van een ‘onzichtbare’ student tot iemand die met ontzettend veel plezier, enthousiasme en passie deze prachtige therapie als docent doorgeeft. Het liefste wat ik doe is jou in mijn enthousiasme en passie meenemen in de craniosacraal therapie. Dan kun jij je ook ontwikkelen tot een completere therapeut en een rijker mens.
    In 1991 ben ik afgestudeerd als fysiotherapeut aan de Academie voor Fysiotherapie Arnhem. Mijn afstudeerscriptie had als titel; ‘De fysiotherapeut als praatpaal – over de psychosociale aspecten binnen de fysiotherapie’.. Na mijn studie fysiotherapie heb ik o.a. Manuele Therapie en Bobath therapie (NDT) gestudeerd.
    Sinds 2004 ben ik gecertificeerd craniosacraal therapeut, inmiddels met aantekening in de pediatrie. Sinds 2008 ben ik ook docent craniosacraal therapie aan het UIN. Ik ben bevoegd tot het geven van vrijwel alle cursussen binnen de opleiding. Je komt mij dus regelmatig tegen. Tevens verzorg ik de PR binnen de organisatie. Ik ben projectleider van het project ‘Aanraken doe je zo’.
    Ik heb een zelfstandige praktijk voor craniosacraal therapie in Huissen. Daarnaast werk ik in Duitsland als fysio/manueel therapeut en craniosacraal therapeut.

    Meer over het Upledgerinstituut, klik hier.

    Wat is voice dialogue?

    Voice Dialogue is een psychotherapeutische benadering die werd ontwikkeld door Hal en Sidra Stone in de jaren 70. Het is gebaseerd op het idee dat onze persoonlijkheid bestaat uit verschillende “subpersoonlijkheden” of “innerlijke stemmen” die invloed hebben op hoe we denken, voelen en handelen.

    De kern van Voice Dialogue is het idee dat we niet één vaststaande identiteit hebben, maar eerder een verzameling van verschillende delen of “ikken” die in ons aanwezig zijn. Deze delen vertegenwoordigen verschillende aspecten van onze persoonlijkheid, zoals ons kritische zelf, ons plezierige zelf, ons ambitieuze zelf, enzovoort.

    Het doel van Voice Dialogue is om bewustzijn te creëren over deze verschillende delen en om de mogelijkheid te bieden om met ze in gesprek te gaan. Dit wordt vaak gedaan door middel van een facilitator die de verschillende delen ‘uitnodigt’ om te spreken. Bijvoorbeeld, als iemand moeite heeft met het stellen van grenzen, kan de facilitator vragen om het deel van henzelf dat moeite heeft met nee zeggen te laten spreken. Op deze manier kan de persoon in kwestie een dieper begrip ontwikkelen van de conflicterende delen binnen zichzelf.

    voice dialogue

    Wie is Karin Brugman?

    Karin Brugman is trainer, coach en een van Nederlands experts in het werken met Voice Dialogue. Honderden trainers en coaches zijn door haar opgeleid in dit gedachtengoed. Ze is co-auteur van de bestseller: Ik (k)en mijn ikken. Ontdek andere kanten van jezelf met Voice Dialogue en Coachen met Voice Dialogue. Handboek voor begeleiders. Onlangs verscheen haar nieuwste boek Verander niks. Goed zijn in wie je bent. Daarin word je uitgenodigd om je persoonlijke effectiviteit te verhogen door te luisteren naar signalen, die je geneigd bent te negeren.

    Karin Brugman werkt sinds 2008 als zelfstandige in haar praktijk De Onderstroom Training & Coaching. Daarin coacht ze leidinggevenden, medewerkers en expats in organisaties . Karin Brugmans is tevens opleider bij de Voice Dialogue Academie opgericht door Judith Budde.

    Ook begeleidt ze stellen die hun relatie willen verbeteren of daarin vastgelopen zijn.

    Over het boek ‘Verander niks’

    Het boek “Verander niks” van Karin Brugman gaat over het idee dat je jezelf niet hoeft te veranderen om gelukkig te zijn. Karin Brugman moedigt de lezers aan om zichzelf te accepteren zoals ze zijn, inclusief hun tekortkomingen en imperfecties. Ze gelooft dat het streven naar zelfverbetering en het veranderen van wie je bent, vaak leidt tot stress en ontevredenheid.

    In plaats daarvan pleit Brugman voor zelfcompassie, zelfliefde en het cultiveren van een positieve relatie met jezelf. Ze moedigt mensen aan om te focussen op wat hen uniek maakt en om te omarmen wie ze werkelijk zijn.
    Het boek biedt praktische tips en oefeningen om zelfacceptatie te bevorderen en geeft inzicht in hoe je een gelukkiger en meer vervuld leven kunt leiden door jezelf te omarmen zoals je bent.

    Richard Ferweda heb ik leren kennen toen hij interim directeur was van de Akademie voor Massage en beweging. Wij spraken over het samengaan van de Akademie met Esoterra. En daar hadden we een bijzondere klik. Via Richard kreeg ik het bijzondere inzicht om niet alleen holistisch naar lichamen te kijken maar ook naar organisaties. Dat heeft mijn werk als leidinggevende echt verdiept.

    Deze podcast gaat over samenwerken, zachtheid, oplossen van problemen rekening houdend met dynamieken (op de werkvloer). In de essentie van de organisatie zit alle energie, de drive is opgenomen in missie en visie en in mensen zit ook een essentie die ze meenemen, met talenten, verlangens. Als die niet bewust gebruikt worden in het bedrijf is de kans groot dat veel energie weglekt. Dit is heel goed vergelijkbaar met een persoon die tegen een burn-out aanloopt; Past dit nog bij mijn essentie?” Want burn-out is niets anders dan dat je af bent gedreven van je eigen essentie. Richard legt uit hoe hij met zijn bedrijf AEVY maatschappelijke organisaties helpt en welke zelf ontwikkelde spellen hij hiervoor gebruikt.

    Wie is Richard Ferweda?

    Richard Ferweda (1964) groeide op in Boskoop. Van jongs af aan had hij een fascinatie voor hoe ‘gewone’ dingen beter gedaan konden worden. Een belangrijke ervaring was toen hij als 15 jarige scholier werkte bij een tuindersbedrijf. De jonge eigenaren, betrokken hem bij alles. Ze lieten hem zien hoe zij het werk deden en daagden hem uit: het moet netjes en snel. Wij doen het zo, kijk maar of jij het beter kan. Dit zette hem voortdurend aan het nadenken, niet alleen over wat hij zelf beter kon doen, maar ook over hoe het werk in het geheel beter georganiseerd kon worden.

    Richard Ferweda

    Onderwijsachtergrond

    Na de Pedagogische Academie ging Richard Ferweda werken in het onderwijs. Werken met pubers sprak hem het meeste aan. Om juist daar te bedenken wat er beter kan, met jonge mensen vol in ontwikkeling, met heel veel groepsdynamiek, op zoek naar zichzelf en hun autonomie. Daar leerde hij dat dingen beter organiseren vooral ook gaat over de interactie tussen mensen. Dit zette hem ertoe aan een modulaire methode te ontwerpen, waarmee studenten zelfstandig aan de slag konden, die rekening hield met hun individuele kennis én waardoor Richard meer tijd had voor de studenten zelf. Wolters Noordhoff heeft de methode uitgegeven als leerstof voor het MBO. Dit was de start van zijn zoektocht naar het ‘hoe’ van organisatieontwikkeling. Hoe werkt teamontwikkeling, hoe werkt organisatieontwikkeling eigenlijk en hoe kun je daaraan bijdragen.

    Richard werkte vervolgens op veel verschillende plekken in het onderwijs en in verschillende rollen, van voortgezet onderwijs tot hbo en van leerkracht tot directeur. In die rol  Zijn zoektocht naar organisaties zich kunnen ontwikkelen, en hoe hij dat beter en slimmer kon ondersteunen, leidde hem naar allerlei trainingen en theorieën. Dit bracht hem tot het inzicht dat hij zelf een methode voor organisatieontwikkeling wilde maken. Niet in de vorm van een boek, maar in de vorm van een spel. Samen met collega Clo Lambert ging hij aan de slag.

    Spel voor organisatie ontwikkeling

    Het idee van één spel, leidde uiteindelijk tot een samenhangende aanpak voor organisatieontwikkeling, op basis van een holistische kijk op organisaties. Zij onderzochten hoe talenten op elkaar inwerken, het  belang van reflectie voor organisatieleren, de rol van emoties in patronen in interacties en wat leiderschap kan zijn. Nog steeds door te kijken wat er al is, wat er beter kan en hoe je organisatieontwikkeling kan ondersteunen. De spellen hebben geleid tot de ontwikkeling van vier krachtige tools waar organisaties uiteindelijk zelf mee aan de slag kunnen.

    Hij werkt vanuit de overtuiging dat organisaties een bron van energie zijn. In de missie zit de energie van de bedoeling, van het oorspronkelijke idee waaruit de organisatie is ontstaan: de essentie van de organisatie. In de talenten en verlangens van de mensen in die organisatie, zit energie, bevlogenheid en ontwikkelpotentie. Dit is de essentie van mensen. Hoe meer contact je maakt met de essenties, hoe meer de beschikbare energie vrij kan komen. Hoe meer je de energie bundelt en richt, hoe meer organisatiemagie er mogelijk wordt.

    In 2017 is Richard Ferweda zijn eigen praktijk als organisatieadviseur gestart om organisaties met zijn concept te begeleiden. Nu ondersteunt hij uiteenlopende organisaties bij hun ontwikkeling naar bewuster, slimmer, beter en leuker organiseren.

    Wil je meer weten: kijk op www.aevy.nl.

    Deze podcast spreek ik met Stephan Hausner nadat ik zijn boek heb gelezen ‘Zelfs als het me mijn leven kost‘. Een fascinerend concept over ziekte en patronen. Stephan is een autoriteit op dit gebied en geeft lezingen en workshops over de hele wereld.
    Deze podcast over systemisch werken is dan ook in het Engels.

    Wie is Stephan Hausner?

    Stephan Hausner, geboren in 1963 in München, getrouwd, zes kinderen, werkt sinds 1988 als natuurgenezer in een eigen praktijk met als zwaartepunt de homeopathie, de Medizinische Radiästhesie, fysio-energetica en osteopathie. Hij doceert aan verscheidene scholen voor natuurgeneeswijzen.

    Opleiding in familieopstellingen bij Bert Hellinger, en opleiding in verschillende methoden voor de humanistische psychotherapie. Sinds 1993 werkzaam als opsteller in groepen en in individuele situaties, met speciale aandacht voor ziektes. Sinds 1995 begeleider van opstellingsgroepen voor zieken in het kader van internationale opleidingen voor verschillende instituten in binnen- en buitenland.

    In 2004 samen met Hedy Leitner-Diel van het Ammersee -Institut für Systemaufstellungen oprichting van Systeemopstellingen Chiemgau als opleidingsinstituut. Sinds 2007 opstellingen met zieken in de psychosomatische afdeling van het regionale ziekenhuis in Simbach/Inn; tegelijkertijd nascholing voor artsen in samenwerking met de Beierse vereniging voor artsen.

    Onder leiding van Dr. Gunthard Weber samenwerking met onderzoeksproject SISC, een internationale studie naar de processen in en de werking van symptomen en opstellingen met ziekten in het Wieslocher Institut für Systemische Lösungen (WiSL).

    Wat is Systemisch werken?

    Systemisch werken is een benadering en methodologie die wordt gebruikt in verschillende disciplines, waaronder psychotherapie, organisatieontwikkeling, familieopstellingen en sociale wetenschappen. Het is gebaseerd op het idee dat problemen en dynamieken niet alleen individueel worden veroorzaakt, maar ook voortkomen uit en worden beïnvloed door bredere systemen en relaties. Deze systemen kunnen families, organisaties, gemeenschappen of zelfs culturele contexten omvatten.

    Hier zijn enkele kernprincipes en kenmerken van systemisch werken:

    Holistische benadering: Systemisch werken bekijkt problemen en vraagstukken vanuit een holistisch perspectief, waarbij aandacht wordt besteed aan de onderlinge relaties en de context waarin ze zich voordoen. Het richt zich op het begrijpen van het geheel in plaats van alleen de afzonderlijke delen.

    Systemische interventies: Systemisch werken maakt gebruik van verschillende interventiemethoden om de dynamiek binnen een systeem te verhelderen en te veranderen. Een veel voorkomende techniek is het opstellen van representaties van de betrokken elementen (bijvoorbeeld familieleden, teamleden) in de ruimte om inzicht te krijgen in de onderliggende patronen.

    Ordening en hiërarchie: Systemen hebben vaak een natuurlijke ordening en hiërarchie. In families kan dit zich bijvoorbeeld uiten in de rolverdeling tussen ouders en kinderen. In organisaties kan het zich manifesteren in de structuur van leidinggevenden en medewerkers. Systemisch werken richt zich op het begrijpen van deze ordening en hoe deze van invloed is op gedrag en relaties.

    Onzichtbare dynamieken: Systemisch werken erkent dat er vaak onzichtbare, onbewuste dynamieken zijn die de relaties en gedragingen in een systeem beïnvloeden. Deze kunnen afkomstig zijn uit het verleden, zoals familiepatronen, of uit de bredere cultuur waarin het systeem opereert.

    Oplossingsgericht: Hoewel systemisch werken aandacht besteedt aan problemen en conflicten, is het uiteindelijke doel vaak het bevorderen van positieve veranderingen in het systeem. Dit kan worden bereikt door bewustwording, herstructurering van relaties of het creëren van nieuwe patronen.

    Contextgevoeligheid: Systemisch werken houdt rekening met de specifieke context van een systeem. Wat in het ene systeem werkt, kan in een andere context niet van toepassing zijn. Daarom is het belangrijk om maatwerkbenaderingen te ontwikkelen.

    Systemisch werken wordt toegepast in verschillende gebieden, zoals familie- en relatietherapie, organisatieontwikkeling, onderwijs, en zelfs in gemeenschapsbetrokkenheid. Het is een waardevolle benadering om diepere inzichten te verkrijgen in de complexe relaties en dynamieken die in verschillende systemen spelen en om positieve veranderingen te bevorderen.

    Wat zijn familieopstellingen?

    Familieopstellingen, ook wel bekend als systemische opstellingen, zijn een therapeutische en verkennende methode die is ontwikkeld door de Duitse psychotherapeut Bert Hellinger in de jaren 1970. Deze methode wordt vaak gebruikt om inzicht te krijgen in de onderliggende dynamieken en onopgeloste problemen binnen familiesystemen. Het doel van familieopstellingen is om verstoringen in het familieverband te identificeren en te proberen ze op te lossen.

    Embodiment: Wat is het en hoe pas je het toe?

    ‘Embodiment’, een woord wat ik de afgelopen weken zo vaak tegenkwam dat het begon op te vallen. In mijn werk is het geen onbekend woord en is het ook niet vreemd dat we hier Engelse woorden voor gebruiken. We gebruiken Embodiment, Body&mind, Inner grounding, etcetera. De betekenis van Embodiment in het nederlands is Belichaming. Soms dekken Engelse woorden de lading net wat beter maar Belichaming klinkt mij ook heel erg mooi in de oren. Maar laten we eens de materie induiken. Wat betekent Embodiment en hoe ervaar je je lichaam?

    Proprioceptie, interoceptie en neuroceptie
    Embodiment: aan den lijve ervaren
    Wat maakt je meer embodied?
    Uit je hoofd, in je lijf
    Een gedissocieerde samenleving
    Wat als je je lijf niet kan voelen?
    Embodiment als proces
    Embodiment als levenspad

    Proprioceptie, interoceptie en neuroceptie

    Je lichaam zit vol met receptoren die zorgen voor proprioceptie. Proprioceptie is volgens Wikipedia “het vermogen van een organisme om de positie van het eigen lichaam en lichaamsdelen waar te nemen. Het woord proprioceptie komt van de Latijnse woorden proprius en perceptie (zelfwaarneming).”
    In je spieren, je huid, je fascia, je gewrichten overal zitten receptoren die direct aan je hersenen doorgeven wat ze ervaren. Ze hebben onder andere namen als de lichaampjes van Golgi, Ruffini, Pacini. De één voelt de druk op de huid, de ander de temperatuur, of ze voelen de spanning van pezen en spieren. In je lijf heb je overigens ook allerlei receptoren die zorgen voor je interoceptie. Daarmee voel je dat je naar de wc moet of dat je een opgeblazen gevoel hebt. Je voelt je hart kloppen of je longen ademen. Zo kun je gewoon over straat lopen zonder luier want je weet wanneer je een toilet moet bezoeken.
    Neuroceptie, om het lijstje af te maken, is een term die Stephen Porges gebruikt bij zijn polyvgaaltheorie. Hij heeft het over een verzameling van signalen die je onbewust oppikt en onbewust verwerkt. Heb je het idee dat iets niet pluis is of dat iemand achter je naar je staat te kijken? Neuroceptie!

    “Toen ik met elf maanden werd afgestaan ter adoptie, verloor ik niet alleen mijn moeder, maar ook mezelf.”

    Embodiment; aan den lijve ervaren

    Embodiment betekent voor mij een uitnodiging om zo aanwezig mogelijk te zijn in je lichaam. Dat is niet vanzelfsprekend. In mijn eigen leven heb ik dat ‘aan den lijve’ ervaren. Toen ik met elf maanden werd afgestaan ter adoptie verloor ik niet alleen mijn (biologische) moeder, maar ook mezelf. Een natuurlijk (overlevings)mechanisme die voor velen bekend is; dissociatie. Volgens de polyvagaaltheorie schakelt je zenuwstelsel automatisch terug naar een overlevingsstand die we geërfd hebben van onze evolutionaire voorouders (reptielen en eenvoudige organisme) en dat is uit je lijf stappen, je sensoriek zoveel mogelijk uitschakelen, een complete ‘shut down’. Wachten tot het over is of zorgen dat je met zo min mogelijk pijn aan je einde komt.
    Een prachtig, nuttig systeem wat eenmaal ontstaan, een vast mechanisme kan worden. Iets waar veel getraumatiseerde mensen last van hebben. Bij mij werd het een patroon waar ik bij tijd en wijle maar moeilijk onderuit kwam. Alles wat spannend was zorgde ervoor dat ik niet helemaal mezelf kon ervaren. Als ik terugkijk bedenk ik me dat mijn dissociatie zich vooral ontwikkelde in mijn pubertijd. Ik vond het lastig om discussies aan te gaan of om met mensen in de kroeg een gesprekje aan te gaan omdat ik helemaal uit contact met mezelf en dus mijn omgeving was.


    Praten met meisjes, vooral als ik ze leuk vond, was veel te spannend en dus onmogelijk. Had ik een conflict met iemand dan was ik nog weken bezig om te bedenken hoe ik met de situatie had moeten omgaan. Veel mensen dachten dat ik als jonge twintiger de hele dag zat te blowen omdat ik zo afwezig overkwam maar dat was niet het geval. Ik had geen drugs nodig om ‘te spacen’ in afwezigheid. Veel van die periode was ik fysiek aanwezig maar voor de rest zat ik in een droom- of fantasiewereld. Een wereld waar ik soms heel moeilijk uitkwam.

    Wat maakt je meer embodied?

    De neiging om te dissociëren is nog steeds goed ontwikkeld bij me, maar door veel therapie en lichaamswerk heb ik het contact met mijn lijf terug. Een bijzondere ervaring van mijn lijf was het moment dat ik mijn biologische moeder weer ontmoette. We hadden afgesproken in een park in Eindhoven waar ik op een bankje moest wachten tot ze kwam. Ik zag aan de andere kant van de vijver een mevrouw lopen die mijn kant op kwam. Op een gegeven moment kreeg ik door dat dit mijn moeder was. Toen ze enkele meters voor me was, leek het alsof mijn lijf doorkreeg dat het mijn moeder was. Mijn lijf rende op de vrouw af, mijn buik begon hevig te schudden en we vlogen huilend in elkaars armen.
    Ik heb wel eens gelezen dat de bacteriën in je buik, je microbioom van moeder op kind worden doorgegeven. En mijn buik begon zo hevig te schudden dat het voelde alsof die bacteriën hun moeder weer voelden aankomen. Na de eerste emotionele, fysieke ontmoeting herpakten we onszelf en gingen we ergens koffie drinken. Voor het eerst hoorde ik haar verhaal. Een verhaal wat ik op de weg terug voor grote delen al vergeten was. Ik was er toch niet helemaal bij en misschien mijn moeder ook niet.

    Uit je hoofd, in je lijf

    Een trauma klinkt altijd heel groot en er gebeuren uiteraard ook gruwelijke dingen, maar kleine dingen kunnen ook een grote impact hebben. Als baby zijn kleine dingen sowieso grote zaken. Even geen eten krijgen is voor een wezentje zonder tijdsbesef en totale afhankelijkheid veel indrukwekkender dan voor een volwassene. En langdurig niet de voedende ondersteuning van je ouders voelen kan ook als traumatisch worden ervaren. Uit onderzoek blijkt dat deze kinderen uiteindelijk een veel ongezondere leefstijl krijgen, meer met criminaliteit in aanraking komen en minder oud worden.

    Een gedissocieerde samenleving

    Als je om je heen kijkt zie je een samenleving met een enorme behoefte aan dissociatie. Alcohol, drugs, pijnstillers. Maar ook de bioscoop, de tv, alle social media, halen ons min of meer tijdelijk uit ons lijf. De lijst van verslavingen (met als doel dissociatie) is enorm en zorgt altijd voor een tijdelijke onthechting uit het hier en nu. Ook activiteiten die op het eerste gezicht juist heel ‘embodied’ lijken zoals sporten kunnen door of over het lichaam heen gaan. Vaak wordt sport als gezond gezien maar vooral topsport is meestal ongezond voor het lijf en kan ook een vorm van uit je lijf gaan zijn.

    Wat als je je lijf niet kan voelen?

    Dat we als levende wezens een lichaam hebben is evident en volkomen logisch; je staat ermee op en je gaat ermee naar bed. Je stopt er eten in, wat er weer uit gaat. Je beweegt ermee en het verandert gedurende je leven met je mee (of je nu wilt of niet). We denken er eigenlijk nooit bij na. Het is er gewoon. Maar in Engeland werd een man op een (voor hem) vreselijke dag wakker en hij voelde zijn lijf niet meer. Het is moeilijk in te denken wat dat betekent. Je bent je continue (onbewust) gewaar van je lijf. Je voelt je voeten op de grond of je billen op de stoel. Ik voel nu mijn handen typen en jij voelt nu dat je een blad vasthoudt. Als je zo meteen opstaat om een glas thee te halen voelt je lijf dat het opstaat en stap voor stap naar de keuken loopt. Deze man, Ian Waterman, voelde niks meer. Niet dat hij zijn pyjama aan had, dat ie in bed lag en dat zijn rechterarm rechts van zijn romp lag.

    Embodiment als proces

    Een ander interessant fenomeen is het gegeven dat het ervaren van je lijf niet helemaal gelijk hoeft te lopen met je fysieke lichaam. Volgens de Duitse filosoof Thomas Metzinger moeten we het lichaam zien als een concept wat continue van lichaamservaring kan veranderen. Als voorbeeld haalt hij ‘het rubberen hand onderzoek’ aan waarbij je echte hand onder tafel ligt en een plastic hand op de tafel. Vervolgens strijken ze beide handen met een kwastje. Je ziet dus de kwast over de plastic hand gaan en je voelt de kwast op je echte hand. Bij de volgende stap gaan ze met ‘jouw’ plastic hand verder en als ze er met een hamer op slaan, reageer je alsof het je echte hand is. Zijn conclusie: het ik is een continue proces van ons brein. Nu denken we dat dit ons lijf is, maar die ervaring van ons ik is continue in verandering en loopt niet altijd 1 op 1 gelijk met je fysieke lijf. Denk bijvoorbeeld ook aan fantoompijn. Volgens Metzinger leven we in een egotunnel. Wat we zien noemen we de werkelijkheid maar het beeld wat we zien is discutabel en subjectief. Vandaar de metafoor tunnel.

    Embodiment als levenspad

    Het heeft me enige tijd gekost en mijn vrouw merkt direct aan mijn gedrag als ik het weer te druk heb. Dan wordt ik weer wat minder aanwezig en vergeet ik gedag te zeggen of waar ik mijn telefoon heb gelaten. Maar juist door mijn start ben ik een expert geworden in dissociatie en heb ik inmiddels ook veel ervaring met de antagonist; embodiment!
    Inmiddels ben ik al vele jaren directeur van een opleidingsinstituut in massagetherapie, lichaamswerk en vele andere methodes die mensen begeleidt in het zoveel mogelijk aanwezig zijn in je lichaam. In de Opleiding Lichaamsgerichte Coaching en de Opleiding Lichaamsgericht Therapeut zitten de meest effectieve methodes en technieken waar ik zelf veel profijt van heb gehad. Daarbij hebben we ook gekeken wat de basisprinicipes zijn van een goed therapeut. Een vraag die ik ook steevast stel aan mijn gasten in de Esoterra podcast.
    Heb ik me zelf inmiddels gevonden? Vast niet, maar ik ben mezelf ook niet meer kwijt!

    Stefan van Rossum

    Adem met “second wind”?

    Een dimensie van het ademen is het verbazingwekkende fenomeen van de ‘second wind’ : een tweede energiepush, waarmee je een dood punt overwint. De meesten onder ons hebben dit in hun jeugd ervaren, toen ze zich volledig inzetten in spel of sport. Juist op het moment dat de uitputting toeslaat en we naar lucht happen, wordt de adem plotseling licht en bewegen we ons vrijwel zonder inspanning, alsof we door een buitengewone kracht gedragen worden. We bewegen ons licht, maar we zijn ons precies bewust van onze grenzen. We weten dat de uitputting heel snel dichterbij komt als we ons teveel inspannen. We weten precies hoe snel we door kunnen gaan of wanneer we langzamer aan moeten doen om de beweging maximaal te benutten. Zolang we deze speciale adem en deze innerlijke houding vasthouden, blijft onze kracht behouden en beschikbaar.

    Met een ‘second wind’ komen al onze fysieke, emotionele en mentale vaardigheden samen om ons een buitengewone vitaliteit te bieden. Als we ons leven nauwkeurig onder de loep nemen, vinden we nog andere voorbeelden van deze vitaliteit : momenten van speciaal liefhebben en delen, de laatste hand van een goed uitgevoerd karwei, dansen met gratie, een volkomen verrukkelijke smaak, de bevredigende overgave aan opgespaarde emoties. Of het nou in de vorm is van een zucht, een zachte trilling of golf, onze adem beweegt zich in deze gevallen zonder aarzeling door ons lichaam, zelfs omhoog door de nek en het hoofd en omlaag door het bekken en de benen.


    Gelijktijdig met deze vrije adem, stromen onze gevoelens en gedachten met ongewoon gemak en helderheid. Er is een soort heelheid en eenheid in ons, als ons lichaam, onze emoties en onze mind synchroon lopen in een speciale harmonie. De adem blijkt dus een essentiële sleutel te zijn tot de helende kracht in ons. 

    adem

    Belang van ademwerk ( breathwork )

    Bij het voorbereiden van het lichaamsweefsel op ontspanning of beweging, bij het openen van intense gevoelens die diep binnen gehouden werden, bij het helpen focussen tijdens overweldigende gevoelens en gedachten… bij dit alles is het werken met de adem een onmisbaar en krachtig middel.

    Adem en het principe van opladen en ontladen

    Als we naar de mechanismen van het ademen kijken – de patronen van in- en uitademen – ontdekken we hoe de adem ons snel en diep in onszelf brengt. In essentie is inademen een manier van opladen en uitademen een manier van ontladen. In dit vermogen om onze energie op te bouwen of te verspreiden maken we contact (of falen we in het maken van contact) met onze heelheid. Als we ademen, ontmoeten we op microniveau de patronen van ons leven : de manier waarop onze ‘energie’ begint, aanzwelt, zichzelf in stand houdt, verzacht en een soort oplossing bereikt. Als we heel zijn, als we in contact zijn met ons innerlijk en onze omgeving, vloeien we door een natuurlijke opladings-ontladingscyclus. We bouwen tot een bepaalde grens een reservoir van kracht op, ledigen dit reservoir en beginnen dan opnieuw met het verhogen van de opslag van energie.

    Reich

    Wilhelm Reich’s formule voor deze golf of pulserende beweging – spanning, oplading, ontlading en dan ontspanning – geeft ons een beginpunt van waaruit we een nog rijker en meer gedetailleerd proces kunnen uitwerken en beschrijven. Elk van ons creëert gecompliceerde, zich herhalende cycli uit de stromende poel van verlangens, impulsen, aarzelingen, frustraties, pauzes, afzonderingen, pieken en dalen die ons dagelijkse leven kenmerken. De therapeut, helpt het individu bij het ervaren van deze energetische cyclus en bij het beter begrijpen en onder controle krijgen van de verschillende patronen die hij gewoonlijk gebruikt om de doorgaande energiestroom te hanteren : bijvoorbeeld zijn neigingen om snel te veel of juist te weinig op te laden, om explosief te ontladen of steeds opnieuw dezelfde golf te herhalen.

    Een gezond individu kan de cyclus van het energetische op- en ontladen volledig toelaten. Door onze opwinding te koesteren, bereiken we een punt waarop we volledig kunnen ontladen, zodat er geen energie achter blijft in de vorm van angst. Nu kunnen we de energetische cyclus leven, onze energie naar behoefte reguleren en volledig op- en ontladen, onaangedaan door de maatschappij of haar geïnternaliseerde blokkades.

    Tegenstromen

    Maar het is niet genoeg om helemaal je eigen energie te accepteren en tot uitdrukking te brengen. Je moet je realiseren dat de omgeving veel eisen en spanningen heeft. Dwarsstromen en tegenstromen zijn een wezenlijk onderdeel van onze energie. Zij zijn essentieel voor onze vitaliteit en heelheid. De vraag is niet of we ons van deze stromen kunnen bevrijden, maar in hoeverre we in staat zijn deze tegenkrachten te absorberen, om te zetten en van richting te laten veranderen in onze interactie met de sterke behoeften en eisen van andere individuen.

    Bij elke manifestatie van onze energetische activiteit, of die nou fysiek, emotioneel of cognitief is, treden vroeg of laat begrenzingen en tegenkrachten op die gedeeltelijk de onbewuste structuren worden van onze ‘bodymind’. Tegenpulseringen, de schokken die door onze spieren golven, worden tot statische, ingehouden contracties van ons lichaam : bijvoorbeeld een samengetrokken middenrif, naar voren geschoven bekken of opeengeklemde kaken. Ondraaglijke pijn verandert in lagen van onderdrukte emotie : bijvoorbeeld ingeslikte trots, hartzeer, ingehouden woede. En ons denken houdt zichzelf voor de gek in een grandioze poging om helderheid en zekerheid te krijgen : al te ambitieuze plannen voor individuele en sociale hervorming, fantasieën van alwetende helderheid over onze gevoelens en lichamen, aanhoudende pogingen om onze theorieën completer en consistenter te maken.

    Omgaan met blokkades

    adem

    In de ademtherapie, vinden we in body en mind barrières op de vrije doorgang naar onze vitaliteit. Deze barrières zijn er ook, omdat de verhoging en expansie van onze energie deze oppositie nodig heeft. Samengetrokken spieren kunnen beweging tegenhouden, maar ze kunnen ook een stuwende kracht worden. Woede kan destructief zijn of getransformeerd worden in creatieve kracht. En kennis kan dogmatisch zijn of de deur worden naar het delen en openen van nieuwe mogelijkheden. Het is belangrijk dat we ons realiseren dat de continuïteit van onze energie afhangt van deze oppositie en dat de heling en transformatie van onszelf ligt in de interactie met en assimilatie van de krachten die ons het meest tegenwerken.

    We hebben de stimulans en verrijking nodig van de onvermijdelijke waterval van nieuwe en conflicterende energieën waarop we in ons leven stoten. Maar vanaf het begin, zelfs in de baarmoeder, ontkennen, onderdrukken of verstoren we deze krachten, uit angst voor pijn en verwarring. In onze kindertijd bouwen we beschermende patronen op om bedreigende energie van buiten te hanteren.

    Lichaamspantser

    We kunnen dit in onze lichamen zien : als ik in een permanente staat van paraatheid ben, zullen mijn weefsel en spieren chronisch samengetrokken zijn. Als ik bang ben om te reageren omdat er pijn op kan volgen, word ik apathisch en slap. Als ons natuurlijke verdedigingssysteem (hoewel het niet langer adequaat is) een gewoonte wordt in ons lichaam en in onze houding, hebben we een pantser ontwikkeld tegen leven in het hier en nu. Reich zag dit pantser als een serie starre ringen rond het lichaam. Onze natuurlijke, spontane beweging – een fijne vibratie van stromende energie en gevoel door ons lichaam – is gebroken door deze onbeweeglijke segmenten rond ogen, mond, borst, middenrif, buik en bekken. Elk segment van het pantser bevat een deel van ons karakter; de manier waarop we gewoonlijk met onszelf en de maatschappij omgaan. Reich zag het pantser als een samentrekking van het spierstelsel. Maar een pantser kan ook apathie zijn en bestaan uit weefsel dat los en slap is.

    Zowel bij een hard als een zacht pantser onderdrukken we tot op grote hoogte ons bewustzijn van de houdingen die we opgesloten hebben in body en mind. De segmenten kunnen op een speciale manier georganiseerd zijn, bijvoorbeeld meer rond een vooruitgeschoven bekken en afhangende schouders of meer rond een holle rug en een uitgerekte nek. Het is duidelijk dat dit te maken heeft met de algemene patronen die ontstonden in onze kindertijd. Deze patronen openbaren onze karakterstructuur; de meest vastgeroeste houding die we zorgvuldig ontwikkeld hebben om de tegenkrachten aan te kunnen.

    Wil je meer weten over adem en ademwerk? Bekijk dan de cursus “Werken met adem I’ of luister deze podcast.